Waarom doelen stellen niet (altijd) werkt en ook niet nodig is
Veel goeroes zien doelen stellen als een soort heilige graal. Zo vertelt Brian Tracy in het boek ‘Goals! How to Get Everything You Want – Faster Than You Ever Thought Possible’ u het volgende:
Living without clear goals is like driving in a thick fog. Clear goals enable you to step on the accelerator of your own life, and race ahead rapidly.
De 25 beste vragen om te coachen op je werk
Soms vraagt een medewerker of collega om hulp. Natuurlijk wil je helpen. Met deze 25 resultaatgerichte coachvragen komt je medewerker, collega gegarandeerd een stap verder.
Volgens mij zien Tracy, en vele goeroes met hem, drie misverstanden over het hoofd. Tijd voor een kritische analyse.
Misverstand 1. Doelen stellen is ongevaarlijk
Wie de Mount Everest op wil, komt op enig moment aan bij Camp Four. Vanuit daar moet je nog langs Hillary Step, een muur van rotsen op ruim 200 meter van de top. Ervaren klimmers weten dat je rond middernacht moet vertrekken van Camp Four, zodat je een kans maakt Hillary Step voorbij te komen en in de middag op de top te zijn.
Wie rond 14h nog niet voorbij Hillary Step is, moet omkeren: de kans op ongevallen is dan te groot vanwege de invallende duisternis en plotselinge sneeuwstormen. Toch blijken veel klimmers door te klimmen na 14h. Ze zijn zo dichtbij de top, dat ze niet meer willen omkeren. Ze hebben hun doel voor ogen en nemen irrationeel grote risico’s. Vele klimmers zijn zo onnodig overleden.
Je gaat onnodige risico’s nemen
Dit is, letterlijk, het grote gevaar van het stellen van doelen: hoe sterker je je doel voor ogen hebt, hoe groter de kans dat je onnodige risico’s gaat nemen om je doel te bereiken.
Dat gedrag is niet exclusief voor bergbeklimmers: we zagen het voorafgaand aan de financiële crisis bij bankiers die veel te grote risico’s namen om maar een zo groot mogelijke winst te halen. Maar denk ook aan bestuurders van Vestia, FC Twente en het ROC in Leiden: allemaal namen ze veel te grote risico’s. De maatschappelijke schade van doelgerichte bestuurders die van geen wijken willen weten is enorm.
Misverstand 2: Hoe concreter, hoe beter
Een kennis van me is docent op een HBO. Hij wil zo goed mogelijk onderwijs geven en lesuitval zo laag mogelijk houden. Voor zijn manager was dat echter niet voldoende: er moest een concreet doel gesteld worden: ‘ik wil dat de lesuitval ieder jaar met 5% daalt’. Hierdoor zadelde de manager zijn medewerker op met een probleem. Er moest een leerlingvolgsysteem komen met allerlei rapportages en metingen.
Drie keer raden wie dat leerlingvolgsysteem mocht maken. En wie had er daardoor minder tijd om gesprekken te voeren met leerlingen die uit dreigden te vallen? Het is een misverstand te denken dat concrete targets altijd een oplossing zijn. Soms creëren we met concrete doelen juist een probleem.
Misverstand 3: Een doel geeft focus en focus zorgt voor succes
‘Ik ga gewoon maar eens beginnen’ is volgens veel goeroes een slecht doel. Toch is het precies die doelstelling die een student had toen hij in 2003 begon met de site Facemash, een spel waarbij deelnemers foto’s van Harvardstudenten met elkaar konden vergelijken.
Nergens was de doelstelling om ‘meer dan een miljard gebruikers wereldwijd’ te genereren. Toch is dat precies wat er met de opvolger van het spel gebeurde. Die opvolger heet Facebook, de student Mark Zuckerberg.
De meeste successen ontstaan toevallig …
Goeroes die prediken dat het essentieel is om doelen te stellen, vergeten dat er veel successen zijn die toevallig zijn ontstaan. Zo zat ooit ene dr. John Styth Pemberton wat te rommelen met allerlei plantenextracten in het keukentje achter zijn drogisterij.
Hij wilde een drankje maken tegen duizelingen en algehele malaise. Eén van zijn probeersels bevatte siroop gemengd met koolzuurhoudend water. Juist: Coca-Cola.
Ook bij het farmaceutische bedrijf Pfizer kunnen ze erover meepraten. Enkele jaren geleden waren ze daar bezig met het ontwikkelen van een medicijn tegen angina pectoris. In normale mensentaal: pijn op de borst. In de testfase kregen proefpersonen het medicijn toegediend.
Na enige tijd meldden veel van die proefpersonen bij hun behandelend arts een plezierige bijwerking. Het werkt dan heel goed om je focus even bij te stellen naar erectiestoornissen. Op die manier liep fabrikant Pfizer gigantisch binnen met Viagra. Hetzelfde verhaal geldt voor de toevallige uitvinding van penicilline, de magnetron, post-it memo’s en corn flakes.
Dus maar helemaal stoppen met doelen stellen?
Goeroes vinden deze kritische kanttekeningen over doelen maar lastig. Als ik hier met hen over praat, schieten ze meestal in een soort reflex: ‘Oh, dus jij zegt dat je er gewoon maar een beetje op los moet leven?’
Dat is niet wat ik voor ogen heb: ik snap dat het soms goed kan werken om een doel te hebben: het is prachtig als iemand ervoor kiest meer tijd met zijn kinderen door te brengen, gezonder wil leven of de wereld wil verbeteren door mensen meer te laten lachen.
Er is echter wel iets mis met de overtuiging dat succes dichterbij komt door aan de lopende band doelen te stellen. Je bespaart veel tijd door minder bezig te zijn met doelen stellen en gewoon aan de slag te gaan. Zeker in grote organisaties scheelt dat veel oeverloos overleg.
Ik snap overigens best dat je deze boodschap moeilijk verkocht krijgt binnen je organisatie. Maar als je het een beetje anders verpakt, kom je wellicht al een heel eind. Vandaar dat ik je zou willen adviseren de boodschap uit deze column te verpakken als ‘een strategie waarbij we meer open willen staan voor kansen en minder willen praten door meer in de actiestand te staan’. Daar krijgt je je leidinggevende vast wel in mee. Daarnaast haalt het de focus wat meer af van de keerzijde van doelen stellen.
Gastauteur: Dit artikel verscheen eerder op mananagementsite.
De 25 beste vragen om te coachen op je werk
Soms vraagt een medewerker of collega om hulp. Natuurlijk wil je helpen. Met deze 25 resultaatgerichte coachvragen komt je medewerker, collega gegarandeerd een stap verder.